Waarom je je weegschaal niet moet geloven

Waarom je je weegschaal niet moet geloven

16/04/2019

De prille zon maakt dat we één voor één de laagjes kleding van ons lijf beginnen pellen. En misschien net iets vlugger de weegschaal opstappen. En schrikken. Terwijl dat misschien niet nodig is.

Uiteraard is een gezond BMI belangrijk. En is het wijs dit in de gaten te houden. Maar enkel en alleen kijken naar die cijfertjes op de weegschaal, kan een verkeerd beeld geven.

Sportinstructrice en voedingsdeskundige Delphine Steelandt licht dit toe. ‘Ik ben geen fan van de weegschaal. Ik zie liever een geslaagde voor- en nafoto dan een getal op de weegschaal.’  En daar voegt ze in #Fitbody deze redenen aan toe.

  1. Net voor de menstruatie kan je tot 2,5 kilo meer wegen. Flink wat, niet?
  2. Als je ‘s avonds in de badkamer op de weegschaal gaat staan, kan ook dat tot 2 kilo schelen in vergelijking met ‘s morgens.
  3. Louter je lichaamsgewicht is niet allesduidend. De samenstelling van je lichaam, de verhouding tussen spieren en vet, vertelt veel meer over je gezondheid.
  4. Eet je veel zout, dan houd je ook veel vocht op. En dat weegt mee op de schaal.
  5. Heb je net gegeten of heb je net die onontbeerlijke liter water binnen? Dan weeg je ook meer!

 

Zo bereken je je BMI:

BMI= gewicht (kg) / (lengte (m) x lengte (m))

Een gezond BMI ligt tussen 18,5 en 25.